Het zogenaamde "Lumeçon" gevecht

De stoet in de Clerkenstraat

12.25 uur, op Drievuldigheidszondag. De processie loopt ten einde. De Gouden Koets heeft de helling van Sint-Waltrudis beklommen en is teruggekeerd naar de collegiale kerk. De “beschermheilige van de stad” is veilig. De klokken van Sint-Waltrudis beginnen te luiden en het beiaard van het belfort speelt de melodie van de Doudou. Het is tijd. Tijd voor Sint-Joris en de Draak om af te dalen via de Clerkenstraat. De twee legendarische figuren gaan elkaar op de Grote Markt uitdagen. Duizenden inwoners van Bergen wachten op hen. Voor geen goud zouden ze dit evenement missen. Sint-Joris gaat voorop, gevolgd door de Chin-chins, die instaan voor zijn bescherming. Politieagenten en brandweerlieden, volwaardige personages, nemen deel aan het feest. Iedereen begeeft zich naar de arena in een geestdrift die doet denken aan de grootste gladiatorengevechten.

Een tot op de millimeter geregisseerd gevecht

Gedurende 30 minuten draaien Sint-Joris en de Draak in de arena rond, de eerste met de klok mee geleid door zijn beschermende Chin-chin, de tweede tegen de klok in gedragen door 11 witte mannen en ondersteund aan de staart door 8 bladmensen. Rond hen beschermen 12 Chin-chins Sint-Joris tegen de 11 duivels gewapend met varkensblazen. Iedereen weet precies wat hij moet doen om zijn meester naar de overwinning te leiden. Het gevecht is fel. De inwoners van Bergen moedigen hen aan. Hun kreten weerklinken in alle hoeken van het plein. Maar in tegenstelling tot wat men zou denken, is deze “chaos” in werkelijkheid zeer goed georganiseerd. Alles is tot in de puntjes uitgewerkt. De deelnemers, Bergenaren uit alle sociale en beroepsgroepen, repeteren het hele jaar door om het gevecht getrouw aan het scenario uit te voeren. Sommigen wachten jarenlang om een rol te mogen vertolken.

De Bergenaren in de frontlinie

Ook de toeschouwers nemen actief deel aan het spektakel. Als volwaardige personages in het gevecht storten ze zich op de manen van de Draak en trekken er plukken van uit. De duivels en de Chin-chins strijden onderling en dagen het publiek uit dat zich rond het touw bevindt. Het is een zeldzaam moment van verbondenheid. Sociale barrières verdwijnen. Het maakt niet uit wie de winnaar is. Sint-Joris komt uiteindelijk toch altijd als overwinnaar uit het gevecht. Na drie lansbreuken en het gebruik van zijn sabel, lost hij drie pistoolschoten, waarvan één weigert, en de Draak stort in. Meer dan de overwinning van het Goede op het Kwade, straalt dit ritueel spel – dat zijn oorsprong in Bergen kent sinds de 14e eeuw – een krachtig gevoel van verzoening uit: die van alle Bergenaren. Terwijl de personages van de Lumeçon zich naar het stadhuis begeven, stroomt de menigte de arena in en scandeert: "En de Bergenaren zullen niet vergaan." Iedereen wil een beetje van de manen mee naar huis nemen of een geschenk krijgen van een acteur: varkensblazen, belletjes, bladeren...