Der Aufstieg des Goldenen Wagens

Ein beispielloser Enthusiasmus

Die Emotionen sind am Höhepunkt, als der Car d’Or am Fuß der Rampe Sainte-Waudru ankommt. Es ist Punkt Mittag. Die Stimmung ist festlich. An Fenstern und auf Simsen – überall sind die Menschen aus Mons zu sehen. Sie applaudieren dem Festzug und dann dem heiligen Georg, der dem Goldenen Wagen voranschreitet. Jeder möchte Teil dieses Moments sein. Die Szene wird im Fernsehen übertragen. In der gesamten Region Mons verfolgen die Menschen gespannt, wie der Car d’Or zur Stiftskirche zurückkehrt.

Allemaal samen

In één krachtige beweging moet de Gouden Koets (Car d'Or) de helling van Sainte-Waudru beklimmen en het religieuze gebouw bereiken. Als dat niet lukt, zou er volgens de traditie rampspoed over de stad komen in de loop van het jaar. Je begrijpt dus dat de Montois hun taak zeer ernstig nemen! De twee ton van de Car d'Or schrikken hen niet af. Met al hun kracht, in een zeldzaam moment van verbondenheid, duwen ze het rijtuig zodat het de helling in één keer haalt.
Aan de ramen moedigen de inwoners hen aan, ze klappen in hun handen, stampen met hun voeten. Dertig seconden lang zijn alle ogen op de wagen gericht.
De Montois hebben hun taak nooit verzaakt. Bij elke editie is de Car d'Or erin geslaagd de helling zonder te stoppen te beklimmen.

Een laatste afscheid van Sint-Waldetrudis

Boven op de helling weerklinken vreugdekreten. Als één man hebben de inwoners van Bergen (Mons) hun missie volbracht. Ze uiten hun liefde voor Sint-Waldetrudis, de stichtende moeder van de stad. Voor een heel jaar kan de stad gerust slapen. Maar de relikwieën zijn nog maar net terug in de collegiale kerk of Sint-Joris maakt zich al klaar om de Draak te bevechten. Vergezeld door de personages van het Lumeçon daalt hij de Clerkenstraat (rue des Clercs) af richting de Grote Markt.
Het gevecht dat bekendstaat als het Lumeçon zal spoedig beginnen.